7 zwarte mannen krijgen gratie, 70 jaar na executie voor vermeende verkrachting

Veroordeling

De mannen stonden bekend als de 'Martinsville Seven' en werden op 8 januari 1949 door een geheel witte jury - binnen acht dagen - ter dood veroordeeld voor het verkrachten van de 32-jarige Ruby Stroud Floyd. De veroordeling zorgde voor veel discussie in de Verenigde Staten. Tot aan enkele dagen voor de executies marcheerden demonstranten voor het Witte Huis om de toenmalige president Harry Truman te overtuigen om de executies stop te zetten.

Executie

Truman overtuigen, lukte niet, waarna vier mannen op 2 februari 1951 door middel van de elektrische stoel werden geëxecuteerd. Drie dagen later werden de overige drie ook geëxecuteerd. Hoewel in die tijd de doodstraf gold voor verkrachting, werd de doodstraf bijna uitsluitend op zwarte mensen toegepast. Zo waren alle 45 gevangen die in Virginia werden geëxecuteerd voor verkrachting tussen 1908 en 1951 zwart.

Oplossing

Decennialang streden nakomelingen van de zeven mannen voor erkenning. In december vorig jaar vroegen zij gouverneur Northam van Virginia uiteindelijk om hen postuum gratie te verlenen, omdat hun processen oneerlijk waren en de straf extreem en onrechtvaardig was.

'Rechtzetten van onrecht'

Na een gesprek met de nakomelingen verleende gouverneur Northam dinsdag gratie aan de zeven mannen. Northam vertelde dat sommige beklaagden op het moment van de arrestatie de bekentenissen die ze ondertekenden niet konden lezen. Ook was er bij geen van hen een advocaat aanwezig tijdens hun verhoor.

"De gratie gaat niet in op de schuld of onschuld van de mannen. Dit gaat over het rechtzetten van onrecht. Deze gratie dient als erkenning van het Gemenebest Virginia dat deze mannen zonder adequaat proces werden berecht en een raciaal vooringenomen doodvonnis kregen dat niet op dezelfde manier werd toegepast op witte beklaagden. We verdienen allemaal een strafrechtelijk systeem dat eerlijk en gelijk is, ongeacht wie je bent of hoe je eruit ziet."