Robert riskeert zijn leven voor straatkinderen in Braziliaanse favela's
- News
- Robert riskeert zijn leven voor straatkinderen in Braziliaanse favela's
Je oude leven achterlaten om kinderen in nood te helpen en daarbij je leven riskeren. Dat is wat de Nederlandse Robert Smits al meer dan dertig jaar doet in de gevaarlijkste sloppenwijken van Rio de Janeiro. Daar vangt hij straatkinderen op door middel van de door hem opgerichte voetbalscholen. Hij vertelde er meer over in Start met Fernando.
VERSLAAFDE STRAATKINDEREN
Het begon voor Robert allemaal toen hij meer dan dertig jaar geleden een rondreis van zes maanden maakte door Zuid-Amerika. In zijn laatste week kwam hij in Rio de Janeiro terecht waar hij niet kon geloven wat hij zag: "Ik zag honderden straatkinderen die zichzelf 24 uur lang stelend, bedelend en verslaafd aan lijm en terpentine in leven hielden. Toen dacht ik: hier ga ik over een jaar terugkomen om die kinderen op de een of andere manier te helpen. Na 34 jaar zit ik er nog."
"IK HEB IN 34 JAAR ZO VAAK EEN PISTOOL OP MIJ GERICHT GEHAD."
SPORTCLUB OPRICHTEN
Een jaar na zijn rondreis keerde Robert terug en ging hij wonen in de oudste krottenwijk van Rio. Daar zette hij ook een sportclub genaamd Sparta op. In deze krottenwijken zijn voornamelijk drugskartels en paramilitairen de baas. Robert: "Ik probeer de kinderen door middel van sport naar school te laten gaan en hen niet te laten rondhangen in de straatjes waardoor zij zich uiteindelijk aansluiten bij de misdaadbendes."
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
DRUGSBAZEN
Je vraagt je nu misschien af hoe het Robert lukt om een sportclub op te zetten met zoveel gevaar. Makkelijk is het zeker niet. Zo sprak hij voor zijn laatste project eerst een random inwoner van de krottenwijk aan om een rondleiding te krijgen. Dat was nog de eerste, 'makkelijke' stap. Daarna moest Robert namelijk nog een gesprek aanvragen met de drugsbazen. Wat Robert hierna vertelt, lijkt een scène uit een of andere drugsserie op Netflix:
"Bij zo'n ontmoeting word je geblinddoekt naar een huisje gebracht waar een aantal gewapende jongens zitten en dan moet je vertellen wat je daar komt doen. Als ze dat goed vinden, kan je daar aan de slag. Ze vonden het prima en daar heb ik het Feyenoord-schooltje opgezet."
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
ANGST?
Robert vertelt het allemaal alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Op de vraag of hij nooit voor zijn leven vreest antwoordt hij: "Ik heb in 34 jaar zo vaak een pistool op mij gericht gehad. Het klinkt misschien raar, maar alles gaat zo snel voorbij. Je weet dat je komt om levens te redden. Ik voel dan dat ik met de kracht van God niet bang moet zijn, hoewel ik dat natuurlijk erg vaak ben."